Memorie van Toelichting
Samenvoeging van de gemeenten 's-Graveland, Nederhorst den Berg en Loosdrecht, tevens wijziging van de grens tussen de provincies Noord-Holland en Utrecht
| 
         1. Inleiding 
 Dit voorstel betreft de vrijwillige samenvoeging van de gemeenten ’s-Graveland, Nederhorst den Berg en Loosdrecht. Op initiatief van deze gemeenten hebben provinciale staten van Noord-Holland daartoe een ontwerpregeling vastgesteld als bedoeld in de Wet algemene regels herindeling (Wet arhi). Omdat de gemeenten ’s-Graveland en Nederhorst den Berg in de provincie Noord-Holland liggen en de gemeente Loosdrecht in de provincie Utrecht, wijzigt met deze samenvoeging tevens het grensbeloop tussen deze provincies. De
        nieuwe gemeente komt te liggen in de provincie
        Noord-Holland. Ik volg daarmee de ontwerp-regeling, die als bijlage
        bij dit wetsvoorstel is gevoegd1). De provinciebesturen van Utrecht en
        Noord-Holland verschillen van mening over de wenselijkheid van
        deze herindelingsregeling. 2.
        Voorgeschiedenis De
        procedurele totstandkoming van de ontwerpregeling staat uitvoerig beschreven
        in de toelichting daarbij. De belangrijkste aspecten worden hier
        kort weergegeven. De
        gemeentebesturen van ’s-Graveland en Loosdrecht hebben aanvankelijk verzocht
        om instelling van een Interprovinciale Commissie (IPC) als bedoeld
        in de Wet arhi. Het gemeentebestuur van Nederhorst den Berg heeft
        later bericht ook mee te willen werken aan een eventuele gemeentelijke
        samenvoeging. Nadat een IPC was ingesteld, hebben gedeputeerde staten
        van Utrecht op 24 november 1997 besloten niet akkoord te gaan met een
        samenvoeging van de gemeenten ’s-Graveland, Nederhorst den Berg
        en Loosdrecht. De IPC werd in verband daarmee opgeheven. Gedeputeerde
        staten van Noord-Holland hebben vervolgens besloten de arhi-procedure
        opnieuw te starten met toepassing van artikel 13 van de Wet
        arhi. Na afronding van het overleg met de colleges van burgemeester en
        wethouders als bedoeld in artikel 2 van de Wet arhi en het overleg met gedeputeerde
        staten van Utrecht hebben gedeputeerde staten van Noord-Holland op
        29 september 1998 het herindelingsplan vastgesteld. Gedeputeerde staten
        van Utrecht hadden in het overleg erop gewezen dat een herindelingsprocedure
        op dit moment te vroeg komt, aangezien zij met betrekking
        tot deze drie gemeenten eerst strategische gebiedsperspectieven wensten
        te ontwikkelen waarbij ook de gemeenten Breukelen, Abcoude
        en Loenen zouden worden betrokken. Provinciale
        staten van Noord-Holland hebben op 13 december 1999 de ontwerpregeling
        vastgesteld. Gedeputeerde staten hebben deze aan mij doorgezonden
        met het verzoek een voorstel te doen voor een herindelingsregeling. 3.
        Inhoud van het voorstel De
        gemeente ’s-Graveland (ca 9 400 inwoners), de gemeente Nederhorst den
        Berg (ca. 5 100 inwoners) en de gemeente Loosdrecht (ca 8 900 inwoners) worden
        integraal samengevoegd tot de nieuwe gemeente Wijdemeren, die
        dus ruim 23 000 inwoners zal tellen. De fusiepartners hebben mij
        bij brief van 17 juli 2000 (als bijlage bijgevoegd 1
        meegedeeld
        dat de raden
        van de betrokken gemeenten hebben gekozen voor de naam Wijdemeren voor
        de nieuwe gemeente. In het wetsvoorstel is deze keuze overgenomen. Overigens
        kan het bestuur van de nieuwe gemeente desgewenst op
        grond van artikel 158 Gemeentewet een nieuwe naam vaststellen. De
        nieuwe gemeente past binnen de criteria en het beleid zoals verwoord in
        de Beleidsnotitie gemeentelijke herindeling (kamerstukken II 1998/99, 26
        331, nr. 1). Indien gemeenten zelf nadenken over hun toekomst en afwegen
        of ook op termijn kan worden voldaan aan de vereiste basiskwaliteit is
        dat een goede zaak. Bij de vraag of deze samenvoeging niet ten
        koste gaat van de mogelijkheden en kansen van omliggende gemeenten
        is van belang dat het provinciebestuur van Noord-Holland van oordeel
        is dat het streekplan Hilversum aanknopingspunten biedt voor de oplossing
        van ruimtelijke en andere knelpunten. Dit bestuur verwacht niet dat
        gemeentelijke herindelingen of grenscorrecties ten gunste van Hilversum
        dit proces zouden kunnen bevorderen. Uit een brief van het Hilversumse
        gemeentebestuur van 21 december 1999 is mij gebleken dat dit
        bestuur het provinciale standpunt deelt. Het huidige
        provinciegrensbeloop hoeft
        naar mijn mening de onderhavige samenvoeging niet in de weg
        te staan. Ook provinciegrenzen mogen aan veranderingen onderhevig zijn,
        indien daarvoor goede redenen zijn. 4.
        Argumentatie Betrokken
        gemeentebesturen maken melding van enerzijds juridisch-bestuurlijke knelpunten
        en anderzijds financieel-economische. Zo worden genoemd
        het ontbreken van voldoende bestuurskracht, onvoldoende mogelijkheid
        tot ambtelijke specialisatie en kwetsbaarheid als gevolg van de
        verhouding tussen draagvlak en opgedragen taken. Naar verwachting zal
        de nieuwe gemeente minder afhankelijk zijn van intergemeentelijke bestuursconstructies
        en beter als volwaardig partner kunnen optreden in het
        verkeer met andere overheden en maatschappelijke organisaties. In de huidige
        situatie is sprake van een relatief hoog kostenniveau bij de kleine schaal
        en een gering weerstandsvermogen om financiële problemen op te vangen. In
        de ontwerpregeling wordt de vergelijkbare identiteit van de drie gemeenten
        benadrukt met betrekking tot groen, landschap, recreatie en de
        argrarische sector. Daarnaast is van belang dat het Vechtplassengebied een
        aaneengesloten natuurgebied wordt. Eén grote gemeente is beter in staat
        de diverse recreatieve, toeristische en landschappelijke functies van dit
        gebied te behouden dan drie afzonderlijke gemeenten. Ik onderschrijf de argumenten dat de samenvoeging een bijdrage levert aan een betere schaal en bestuurskracht van de betreffende gemeenten en dat de gemeenten qua aard en maatschappelijke en economische ontwikkeling goed bij elkaar passen. Met de samenvoeging wordt een nieuwe gemeente gevormd die beter in staat zal zijn de noodzakelijke dienstverlening naar de burger toe te handhaven en nieuwe taakvelden aan te kunnen. De drie gemeenten hebben een overeenkomstig karakter en de gemeentelijke organisaties zijn in grote lijnen identiek, hetgeen het proces tot samenvoeging kan vergemakkelijken. Bij samenvoeging zal de directe dienstverlening aan de loketten naar de burger toe naar verwachting beter worden georganiseerd en de kwetsbaarheid van het ambtelijk apparaat worden verminderd. Ook ten aanzien van de handhaving van bijvoorbeeld milieuregelgeving, de beleidsontwikkeling in het algemeen en ten aanzien van de afhankelijkheid van uitbesteding zal deze samenvoeging een duidelijke meerwaarde opleveren. De
        nieuwe gemeente zal naar
        verwachting goed in staat zijn te voldoen aan de eisen van
        basiskwaliteit, zoals
        beschreven in de Beleidsnotitie gemeentelijke herindeling. 5.
        Wijziging van de provinciale indeling De
        nieuw te vormen gemeente is conform het verzoek van de besturen van
        de samen te voegen gemeenten ingedeeld in de provincie Noord-Holland. De
        provincie Noord-Holland wordt daarmee uitgebreid met het grondgebied
        van de huidige gemeente Loosdrecht. Naast de wens van de gezamenlijke
        gemeentebesturen geldt daarvoor als argument dat de bestuurlijke
        oriëntatie van de gemeente Loosdrecht nu reeds vooral op Noord-Holland
        is gericht. De gemeente Loosdrecht is deelnemer aan het Gewest
        Gooi- en Vechtstreek en een aantal andere Noord-Hollandse samenwerkingsverbanden. Daaraan kan nog worden toegevoegd dat de gemeente Loosdrecht deel uitmaakt van de politieregio Gooi en Vechtstreek, die daarmee de enige provinciegrensoverschrijdende politieregio vormt. Met deze samenvoeging kan dit worden rechtgetrokken. De gemeente Loosdrecht valt ook binnen regio Gooi en Vechtstreek voor wat betreft brandweer, GGD, Centrale Post Ambulancevervoer en Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen, alsmede in de regio Het Gooi van de Wet ziekenhuisvoorzieningen. Deze hulpverleningsregio’s kennen eenzelfde gebiedsindeling als die van de politieregio Gooi en Vechtstreek. In
        het advies
        «Samen werken aan veiligheid» adviseert de Raad voor het openbaar bestuur
        onder meer om, indien een gebied van een hulpverlenings-regio en/of
        van een brandweerregio provinciegrensoverschrijdend is, hetzij
        het samenwerkingsgebied aan te passen, hetzij de provinciegrenzen aan
        te passen. Het kabinet heeft bij brief van 3 april jl. (kamerstukken II,
        1999/2000,
        26 800 VII, nr. 37) aan de voorzitter van de Tweede Kamer onderschreven
        dat bij de indeling van hulpverleningsregio’s de provincie-grenzen gerespecteerd
        dienen te worden. Met deze samenvoeging kan het door
        het kabinet in gang gezette proces van territoriale congruentie van hulpverleningsregio’s
        binnen de provinciegrenzen voor dat gebied dan ook
        worden afgerond. 6.
        Financiële aspecten Gedeputeerde
        staten van Noord-Holland hebben bij de voorbereiding van de
        ontwerpregeling, die ter vaststelling is voorgelegd aan provinciale staten,
        aandacht besteed aan de financiële gevolgen van de samenvoeging van
        de gemeenten. In dat verband is onder meer in opdracht van de provincie
        en de drie betrokken gemeenten onderzoek verricht door KPMG Management
        consultants. Ik maak daar uit op dat er vanuit financieel oogpunt
        geen sprake is van bijzonderheden. De
        financiële aspecten van de overgang van de gemeente Loosdrecht van de
        provincie Utrecht naar de provincie Noord-Holland hebben door hun beperkte
        omvang evenmin een bijzondere betekenis. 7.
        Inwerkingtreding en tussentijdse verkiezingen Naar verwachting zal deze samenvoeging op 1 januari 2002 effectief kunnen worden. De wet zal daartoe uiterlijk in de eerste helft van september 2001 in werking moeten treden om voor de voorbereiding van de herindelingsverkiezingen voldoende tijd te hebben. Het provincie-bestuur van Noord-Holland bepaalt de datum voor de herindelings-verkiezingen, die doorgaans in november of december vóór de datum van herindeling plaats vinden. Het
        effect daarvan is dat de reguliere gemeenteraadsverkiezingen,
        die in maart 2002 gehouden worden, kunnen vervallen.
        Het wetsvoorstel voorziet erin dat de reguliere raadsverkiezingen kunnen
        worden overgeslagen indien deze plaatsvinden binnen maximaal
        twee jaar na de datum van herindeling. De nieuwe raad heeft in dat
        geval een zittingsduur van 5 jaar en 4 maanden. Met deze regeling wordt
        aangesloten bij het amendement van de leden Balemans en Duijkers op
        het wetsvoorstel Samenvoeging van de gemeenten Bergen, Egmond
        en Schoorl (kamerstukken II, 1998/99, 26 364, nr. 6), waarin de termijn
        waarbinnen reguliere verkiezingen konden worden overgeslagen eveneens
        maximaal twee jaar bedroeg. De
        Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.
        G. de Vries Tweede Kamer, vergaderjaar 1999–2000, 27 255, nr. 3 4  |